Huurders in hun recht
Twee weken geleden schreef ik over de maffiapraktijken van een hypotheekbank. De gebroeders de Vries, eigenaars van een flink aantal panden in Amsterdam, werden vanwege financiële problemen door de hypotheekbank gedwongen om over te gaan tot verkoop van deze panden. Tegen de huurders wilde de bank een zogenaamd huurbeding in roepen: aan de rechter werd gevraagd om de huurcontracten die zijn ingegaan na het afsluiten van de hypotheek per direct te ontbinden.
Deze zaak heeft een hoop beroering veroorzaakt. En terecht. Het ging hier om professionele verhuurders en huizen die, volgens de wet, verhuurd moeten worden. Als je als bank leent aan zo’n verhuurder kun je je niet verstoppen achter een hypotheekbeding. Dit heb ik maffiapraktijken genoemd omdat het willens en wetens over de ruggen ging van de huurders die al die jaren netjes hun huur hebben betaald. Ik was daarom blij dat dit probleem direct werd opgepikt door onze woordvoerder Wonen in de Tweede Kamer, Jacques Monasch. Zo hoort het ook.
Inmiddels heeft de rechter de stellingen van de bank naar de prullenbak verwezen. Volkomen gerechtvaardigd en een ontzettende opluchting voor de tientallen gezinnen in de woningen. Met deze uitspraak in de hand kunnen zij weer rustig slapen, zonder de angst zomaar uit hun huis te worden gezet.
Toch blijft het werkelijk onbegrijpelijk en volkomen asociaal dat een hypotheekbank dergelijke stellingen heeft durven innemen. Dat deze mensen twee maanden lang door een hel hebben moeten gaan is ronduit schandalig. Daar kan ik ontzettend boos over worden. Zo ga je gewoonweg niet met mensen om.
Gelukkig dat we in Nederland rechters hebben die opletten. Voorlopig is het dus eind goed, al goed, maar we houden een vinger aan de pols!
NB. De foto is slechts ter illustratie. Het betreft hier niet de panden in kwestie.