Door Martien Kuitenbrouwer op 4 september 2013

Overlast Witte de Withplein

Wie het Parool moet geloven zou denken dat we in Stadsdeel West cursussen ‘knuffelen met hangjongeren’ subsidiëren. En dat we buurtbewoners die klagen over overlast vertellen dat ze het probleem wel met een speelgoedkist te lijf kunnen. Wat een onzin. Hoe zit het wel?

Op verschillende plekken in Stadsdeel West, zoals op wel meer plekken in de stad, hangen jongeren, maar ook kinderen rond die strontvervelend en hondsbrutaal zijn. Zo brutaal dat de gemiddelde bewoner niet weet hoe hiermee om te gaan. En dat is hoogst irritant. Bewoners van het Witte de Withplein zijn het zat en vragen om hulp. Ze hebben geen zin om steeds de politie erbij te roepen want ze zien ook wel dat 24 uur politie niet haalbaar is, laat staan wenselijk.

Het gaat voornamelijk om kinderen die in hetzelfde blok wonen als zijzelf, hun buren dus. We moeten dus op zoek naar een oplossing die wat langer stand houdt. In Stadsdeel West hebben we daarom de Buurtpraktijkteams opgezet. Een Buurtpraktijkteam is een samenwerking tussen professionals en bewoners in een buurt die ‘doet wat nodig is’. Uitgangspunt is overlast en onveiligheidsgevoelens langdurig te verbeteren, niet alleen op korte termijn. Dit team zit op de overlastlocatie, zodat ze met eigen ogen kunnen zien wat er speelt, en goed contact kunnen onderhouden met buurtbewoners. Alle middelen kunnen besproken worden, van repressief tot preventief, zolang bewoners en professionals maar het idee hebben dat het werkt, niet voor even maar ook voor wanneer de politie-inzet (als die nodig is) minder wordt.

De bijeenkomst waar het Parool over rept is de derde in een reeks. Doel is om te kijken wat werkt, daarmee de overlast tegen te gaan, maar ook om de band tussen bewoners onderling te versterken. Samen sta je immers sterk. Naast deze door bewoners zelf georganiseerde activiteiten zijn de professionals van politie en stadsdeel in contact met de ouders van deze kinderen en eventuele hulpverleners die bij de gezinnen betrokken zijn. Want je kunt van bewoners alleen vragen om zich in te zetten voor de veiligheid in hun eigen buurt als de basis is gelegd; korte lijnen met politie en stadsdeel, inzet van zwaardere middelen indien nodig.

De Buurtpraktijkteamaanpak oogst inmiddels succes in meerdere plekken in West, zoals op het Columbusplein en op het Karel Doormanplein. Inmiddels heeft het zelfs de belangstelling van minister Opstelten gewekt en wordt de aanpak genoemd als voorbeeld van hoe bewoners zelf te betrekken bij de verbetering van veiligheid in hun eigen buurt.

Het artikel in het Parool heeft wel een positieve spin-off. De bewoners die bij de bijeenkomst waren herkennen zich niet in het verhaal van de krant of in de manier waarop ze geciteerd zijn. Ze hebben bij het Parool een rectificatie geëist. Ook zijn ze bezig met een ingezonden brief. Dan is het doel toch nog bereikt, want er is niets wat zo verbroederend werkt als een gemeenschappelijke vijand.

 

Martien Kuitenbrouwer

Martien Kuitenbrouwer

“Als stadsdeelbestuurder heb je te maken met alle grote, stedelijke probelemen, maar tegelijkertijd is een stadsdeel ook een soort dorp. Je praat niet alleen maar: je bent ook aan het doen. Dat vind ik erg belangrijk. Ik wil dat iedereen zich in West prettig en veilig kan voelen en dat kinderen, van jongs af aan,

Meer over Martien Kuitenbrouwer